top of page

 contextuele invalshoek 

Om een conflict op te lossen, wordt vaak beroep gedaan op onze redelijkheid. Op ons gezond verstand. Op onze welwillendheid. En alle betrokken partijen hopen dat er in ‘alle vriendschap’ een akkoord kan gevonden worden. Het betekent dat alle kwaadheid, frustratie, ontgoocheling die een conflict met zich mee kan brengen, onder de mat wordt geveegd. Er wordt gezocht naar een wettelijk en in het beste geval rechtvaardig kader waarbinnen de oplossing voor het geschil, de onmin, kan gevonden worden. Alleen: wat voor de ene billijk en rechtvaardig lijkt, is voor de ander een aanfluiting van elk gevoel voor evenwicht.

 

Als jurist, had ook ik een broertje dood aan onderhandelingen waarin de emoties hoog konden oplopen. En hysterie werd in mijn familiale context bangelijk ontweken.  Maar ik voelde wel dat de halstarrige emotionele claims nog weinig te maken hadden met het wettelijk gerechtigd zijn.  Alleen: ik durfde er niet mee aan de slag te gaan. Ik was bang dat ik oncontroleerbare reacties zou teweegbrengen. Dat ik emoties zou losweken die ik niet zou kunnen begeleiden die de cliënten zouden kunnen schaden.Dat ik het conflict zou doen escaleren en de cliënten onverrichter zake terug naar huis zou sturen. 

 

Ik liet dus de redelijkheid de bovenhand krijgen, maar het ongenoegen bleef. Bovendien was het conflict eigenlijk niet opgelost, omdat het niet was uitgeklaard. Het kon zich bijgevolg vrijelijk ontwikkelen als voedingsbodem voor vetes binnen de komende generaties in families...

 

Het besef dat ik door het conflict toe te dekken, onder het mom van de redelijkheid, daar eigenlijk aan meewerkte heeft me aan het handelen gezet. Het contextuele gedachtgoed van Ivan Nagy heeft mij een draagvlak gegeven om in mijn bemiddelingen, samen met de cliënten, te durven kijken naar de onvrede en op zoek te gaan naar een ‘bemiddelde’ respons.

 

Het is onmogelijk om binnen dit bestek een gedegen samenvatting te geven van zijn denken. Maar ik kan wel trachten om uit te leggen hoe zijn specifieke begrippenkader mij helpt om uit de impasse van het conflict te geraken:

We zijn niet alleen. Ook al voelen we ons bijwijlen eenzaam.

We zijn ook niet naakt geboren. Al ziet het er zo wel uit. 

Het kraambed laat zijn eerste sporen na en daarna zal het niet meer ophouden. Onze hele context van opgroeien zal mee bepalen wie we worden en wie we trachten te zijn.

Deze foto toont een klein meisje met een beertje in haar hand.
Ze krabt in haar haar.

De foto toont evenzeer een schaduw. Volgens mij is het een pinguin. Maar laat u vooral niet door mij overtuigen. Door de lichtinval is de pinguin – of welke vreemde vogel het ook weze - duidelijk zichtbaar en onlosmakelijk verbonden met het meisje, net als alle belevenissen die ze heeft meegemaakt sinds haar geboorte.

betrokkene
betrokkenen

Het meisje wordt opgevoed. Achter haar staan haar ouders. Die ouders kunnen blijven of kunnen verdwijnen. Ze zijn soms zeer aanwezig, soms bijna transparant Die ouders hebben elk ook een geschiedenis. Ze geven hun verhalen door. Ze hebben waarden meegekregen en overtuigingen. En ook die willen ze doorgeven.

 

Ze werden zelf opgevoed 

Ze zijn dankbaar om wat ze kregen, of net niet. En dat speelt door in de manier waarop ze omgaan met hun meisje, dat er zelf ook weer door wordt bepaald.

 

Dat allemaal speelt mee in de manier waarop we reageren.

 

We voelen ons aangetrokken door het andere dat dan weer een bedreiging gaat vormen als het niet goed gaat met ons. Onze sterkte wordt dan onze zwakte.

groep
bottom of page